Maar na Argentinie en Bolivia heb ik dus weer een land ´achter me gelaten´. Hoewel ik lang niet zoveel van Peru gezien heb als Vince, heb ik er toch wel een aardige indruk van. Op het eerste gezicht lijkt het veel op Bolivia, maar het heeft ook veel eigen dingen. In eerste instantie natuurlijk de Incasamenleving en de bijbehorende ruines. Peru is echt het land van de ruines, ze zijn echt óveral. En de mensen zijn er trots op ook - terecht natuurlijk. Echt typisch zijn ook de motortaxi´s; een soort riksjah-achtige motortjes met achterin een bakje voor de passagier. Erg leuk. Verder heb ik mogen genieten van dé Peruaanse drankjes, de Chicha, een zoet drankje van paarse mais, en de Pisco Sour. De Peruaanse Chicha is niet te vergelijken met de ontzettend vieze (en alcoholische) Chicha die ik in Bolivia heb gehad. En de Pisco Sour.. De Pisco, een likeur, wordt gezien als de nationale drank van Peru, en de Pisco Sour is de bekendste cocktail die ervan gemaakt wordt. Maar.. de Chilenen claimen dat zij de Pisco en de Pisco Sour hebben uitgevonden.. Wederom strijd dus tussen Peru en Chili. Chili heeft een hele tijd geleden een groot stuk land ingepikt van Peru en Bolivia (waardoor Bolivia geen toegang tot de zee meer heeft), en dat wordt de Chilenen nog steeds erg kwalijk genomen. Zowel in Bolivia als in Peru is het een gevoelig onderwerp, en deze anti-Chileense houding uit zich natuurlijk ook in andere dingen. Zoals in de Pisco-strijd. Maar goed, wat hebben we de laatste tijd nog gedaan, in Peru en inmiddels in Ecuador?
Na ons sandboardavontuur in Ica, wat nog best leuk was (omdat ik niet zo´n board-held ben, mocht ik op mijn buik.. Joehoe!), hebben we de zogenaamde Galapagos voor de Armen bezocht; kleine eilandjes bij de kust van Paracas, waar ook veel vogels, pinguins, zeeleeuwen, etc. leven. Erg leuk. In de buurt van Paracas, bij het dorpje Pisco, is ongeveer een jaar geleden een zware aardbeving geweest en het is echt schokkend om te zien hoe weinig er in die tijd is opgebouwd. Mensen wonen nog in noodtenten, wegen liggen open. Geld dat door internationale hulp gestuurd wordt, verdwijnt naar men zegt in de verkeerde zakken, en zo is er dus nog vrijwel niets gebeurd.
Hierna hebben we Peru min of meer doorkruist en zijn we via Lima -tussenstop van een paar uurtjes, maar veel te groot- naar Chiclayo gebust. Omdat we onze nieuw aangeschafte tent goed wilden gebruiken, hebben we geslapen aan het strand, ongeveer een half uur van de stad af. Hier zou een soort beach resort zijn, klonk allemaal heel leuk, zag er ook heel erg leuk uit, alleen was er niemand. Een meisje en haar moeder hielden toezicht of iets dergelijks (we denken eigenlijk dat ze er gewoon ingetrokken zijn en dat de eigenaars van het resort het hebben verlaten). In ieder geval was het er behoorlijk spookachtig; alle dingen om er een leuke plek van te maken, waren aanwezig -een aantal barretjes, restaurantje, zithoekjes, vuurplekken-, maar dan in een ietwat vervallen staat. Natuurlijk was er ook geen licht, dus toen wij ´s avonds in het donker terugkwamen van Chiclayo, was het er echt best griezelig. De dag daarna zijn we er dus maar weer weggegaan..
Vanuit Chiclayo hebben we de aldaar beroemde Señor Sipan bezocht. Señor Sipan was ooit waarschijnlijk een belangrijk man, en nog niet zo heel lang geleden is zijn graftombe ontdekt; vol met goud, lama´s, vrouwen, slaven, etc. Er zijn in de buurt van Chiclayo een aantal mudea rond deze Señor, en natuurlijk de plek zelf - waar de goede man zelf uiteraard niet meer te zien is, maar wel mooi lijkende replica´s. Ook zijn we nog naar ruines van piramides geweest, en toen hadden we het wel weer gehad met alle oude stenen en zandhopen, want veel meer dan dat is het uiteindelijk ook niet..
Na Chiclayo zijn we op weg gegaan naar Ecuador, met enkele tussenstops, en eenmaal daar aangekomen zijn we min of meer meteen het regenwoud ingedoken. Met onze tent konden we vanuit jungledorpje Zamora het begin van het regenwoud inlopen, en daar wandelen en slapen. Hoewel het ook hier weer verlaten was, was het er ook ontzettend mooi (en warm en vochtig). Het was best bijzonder om ´s nachts helemaal alleen -met alle junglegeluiden om je heen natuurlijk- in je tentje in het regenwoud te zitten. De volgende dag nog wat meer gewandeld en daarna alweer doorgereisd naar het volgende stadje, Cuenca, waar we nu zijn. Vanuit hier gaan we echter weer verder richting de jungle, want het is daar zo mooi en bijzonder, dat dat zeker de moeite (en de busreis...) waard is.
Het lijkt er in ieder geval op dat mijn wens om in de minder toeristische gebieden te komen is uitgekomen, want we hebben al dagen geen gringo meer gezien. Het lijkt ook echt laagseizoen hier; de hostels zijn er wel, maar ze zijn allemaal leeg. Op zich niet erg, maar soms wel een beetje vreemd. Waar zijn al die backpackers uit Cuzco gebleven?? Onze verjaardag gisteren hebben we dan ook alleen met zijn tweeen gevierd. Toch een beetje vreemd zo aan de andere kant van de wereld! We hebben er maar een rustig dagje van gemaakt, lekker gekookt, taart gegeten en geprobeerd nog uit te gaan, maar alle café´s bleken alweer om één uur te sluiten. Vreemde mensen hier in Ecuador.
Ecuador is trouwens wel best anders dan Peru en Bolivia; alles is hier veel netter en georganiseerder lijkt het. Geen motortaxi´s, geen kleine busjes, weinig straatverkopers en netjes geordende markten. Maar volgens mij is het wel een ontzettend mooi land, met goed begaanbare jungle, lekkere temperatuur, een mooie kust en leuke steden.. Wij zullen ons niet vervelen!
Hier eindelijk nog een keer wat foto´s.
Vince en ik op de verblindende zoutvlakte
Vreemde landschappen aldaar

Het zwembad van Humberstone

De ansichtkaartfoto van Machu Picchu

Weversgemeenschap in de Heilige Vallei

Zeeleeuw bij Paracas

Lama!

Het regenwoud van Ecuador

